Monster Yellowcheeck in China
We schrijven Juli 2015 als ik op een hete zomerdag samen met Martin Korner achter de graskarpers aanzit. Omdat we allebei ook graag visreizen maken komt het gesprek op een aantal filmpjes die we op facebook hebben gezien. Een chinees genaamd ‘Gong Lei’ vangt in deze filmpjes een aantal indrukwekkende vissen die bij ons allebei zijn opgevallen door hun relatieve onbekendheid, gave looks en de werkelijk fabuleuze dril die ze weggeven.
Het gaat hier om de zgn. yellowcheeck carp (Elopichthys bambusa), de vis ziet eruit als een enorme turbo roofblei en moet te vangen zijn op kunstaas.
Op mijn voorstel om eens te kijken of we niet een reis kunnen plannen om te proberen deze vis te vangen reageert Martin enthousiast en we spreken af dat we deze ‘Gong’ zullen benaderen om te kijken wat er mogelijk is. Het contact via facebook verloopt voorspoedig en niet lang daarna is een datum in Mei 2016 geprikt. De visserij blijkt te worden geregeld door de Chinese overheid waarbij Gong als contactpersoon fungeert.
In Februari verloopt de visum aanvraag voorspoedig en slaan we de nodige hardware in zoals grote stevige baitcast reels die voorzien worden van 80 tot 100lbs powerpro. Omdat Gong aangegeven heeft dat hij voldoende hengels heeft nemen we slechts wat spinhengels mee in reisformaat zodat we de hengelkoker dit keer thuis kunnen laten. Een koffer kunstaas de man met wat shads, swimbaits en pluggen en de nodige kleding en we kunnen los.
De heenreis is lang en vermoeiend. We vliegen via Kopenhagen naar Shanghai en de vlucht van zo’n 10 uur vanaf Kopenhagen gecombineerd met het tijdsverschil zorgt ervoor dat we behoorlijk gaar uiteindelijk de Chinese immigratie passeren. De bagage verschijnt gelukkig netjes op tijd op de band en als we de terminal uitlopen zoeken we degene die ons op zou komen halen.
Terwijl we zoekend om ons heen kijken of er ergens iemand staat met een bordje met onze namen lopen we naar het einde van de rij met wachtende mensen terwijl we ondertussen hordes taxi chauffeurs teleurstellen. In eerste instantie zien we niemand staan maar dan worden we benaderd door een vriendelijke uitziende chinees in een blauw pak. Terwijl ik op het punt sta om hem te vertellen dat we geen taxi willen hebben meen ik iets van ‘Maltin Kolnel’ te verstaan en wonderbaarlijk genoeg blijkt het onze contactpersoon te zijn.
We stappen in een minibusje die bij de uitgang van de terminal staat geparkeerd waar een vrij gezette kale chinees achter het stuur zit die tevens de kok van het hotel restaurant blijkt te zijn. Binnen 5 minuten hebben we al door dat verkeersregels aan deze man niet besteedt zijn. Met de meest belachelijk manoeuvres baant hij zich een weg door het verkeer waarbij vluchtstroken als rijbaan worden gebruikt, rechts wordt ingehaald en medeweggebruikers keihard worden afgesneden. Dit allemaal terwijl hij al toeterend een peuk zit te roken uit een half open raam.
We gokken er maar op dat het niet fout zal gaan en ik gooi de stoel achterover om even een hazenslaapje te doen. Dat lukt uitstekend want ik word wakker doordat het blauwe pak aankondigt dat we bij het hotel zijn gearriveerd. Het hotel ziet er prima uit en nadat we een lunch naar binnen hebben gewerkt stappen we onder de douche, maken we onze hengels klaar en duiken we na een wandeling en een paar Tsing Tao biertjes onder de wol. De volgende ochtend zullen we om half negen worden opgehaald bij de receptie om te gaan vissen.
De andere ochtend hebben we niet heel geweldig geslapen maar we zijn meer dan fit genoeg om na een snel ontbijt aan boord van een grappig elektrisch karretje te stappen waar een chinese dame achter het stuur zit en ook ons blauwe pak aanschuift. We maken een ritje van zo’n 5 minuten waarna we arriveren bij een niet onaanzienlijk meer wat met borden wordt aangegeven als ‘Minzhu Lake’.
Op aangeven van het blauwe pak lopen we naar een paar prima uitziende visboten die in een hoek aan een steiger liggen waarna een ander blauw pak plaats neemt aan het stuur van de boot. Op onze vraag waar Gong Lei is krijgen we het antwoord dat deze later zal arriveren. We vragen het blauwe pak in ieder geval om hem te vragen wat baitcasters mee te nemen omdat we nu beiden met een zware spinstok staan wat niet perse optimaal is.
Varend over het meer krijgen we in ieder geval een goed beeld van het meer waar we de komende week een yellowcheeck gaan proberen te vangen. Het meer zal zo’n 250 à 300 hectare zijn en het lijkt overwegend ondiep te zijn. Onze schatting is zo’n 2 a 3 meter diep gemiddeld.
We gooien circa een uur de kantjes uit met topwaters en pluggen zonder enige actie als we een andere boot aan zien komen. In deze boot zitten een aantal chinezen waaronder Gong Lei die gelukkig een hele bos hengels bij zich heeft die snel worden opgetuigd. Na verder kennis te hebben gemaakt stapt Gong bij ons aan boord waarna we naar de overkant van het meer varen waar we tussen de planten karper, graskarper en zelfs black carp zien zwemmen.
Volgens Gong liggen de yellowcheecks tussen de planten en zijn ze prima te vangen met topwaters en swimbaits. Dat blijkt niet veel later als Martin een vernietigende aanbeet krijgt die helaas niet hangt. Dat is ook een beetje de trend de rest van de dag, we vissen bij een waterinlaat waar veel vis zich heeft verzameld en krijgen wat tikken op ons kunstaas, Martin haakt op een geworpen shad een grote vis die de haak helaas uitgebogen retourneert. In de avond vissen we bij een andere waterinlaat aan de overzijde van het meer waar we op shads aanbeten krijgen van Mandarin perch maar ook deze blijven niet hangen. Wel zien we onze eerste yellowcheecks wanneer een van de chinezen 2 bescheiden exemplaren weet te vangen op een topwater.
De 2e dag starten we met het vissen bij de waterinlaat waar we gisteren geëindigd zijn. Martin weet vrijwel meteen een mandarin perch te haken op een shadje en is daar terecht erg blij mee. Als ik de andere kant van de uitlaat uitwerp krijg ik ook al snel een paar harde tikken op een shad. Omdat de vissen niet blijven hangen vervangen we de shad door een aruku ratelaar en meteen de eerste worp krijg ik een harde beuk waarbij de vis nu wel blijft hangen. Er volgt een redelijk zenuwslopende dril aangezien ik direct na de aanslag de vis al boven zag komen en het niet alleen een bak van een mandarin perch was maar ik ook kon zien dat de haak niet al te best zat. Toch weet ik de vis te landen en mag ik op de foto met een specimen mandarin perch. Martin haakt vervolgens nog een yellowcheeck van rond de meter dus de ochtend is al dik geslaagd.
Als hierna Gong arriveert stappen we weer aan boord van de boot en varen we volgas naar een eerste stek. Hier haak ik op een topwater al snel ook een yellow cheeck van hetzelfde kaliber als Martin daarvoor had maar deze weet zich bij de landing van de haken te ontdoen. Een beetje balend zit ik in de boot omdat dit toch gewoon de eerste kans was om met het target op de foto te kunnen.
Na nog zeker een uur gegooid zonder verdere actie besluiten we weer naar de inlaat te gaan omdat het getij van de Yangtse rivier, wat via kanalen en sluisjes het meer kan bereiken, er dan voor zal zorgen dat de inlaat begint te stromen wat weer aasvis en ook yellowcheeck zal aantrekken.
Rond het middaguur is dit inderdaad het geval en een bruine strook water stroomt het meer binnen. Overal zien we jagende vis en sommige kolken die worden geslagen zijn ronduit indrukwekkend en worden overduidelijk veroorzaakt door zeer grote vis.
Toch weten we midden in dit geweld geen vissen te haken. Er wordt dan ook veelvuldig van kunstaas gewisseld, er wordt snel en langzaam binnen gedraaid maar in eerste instantie zonder succes. Tijdens het wisselen van kunstaas vis ik een zinkende salmo fatso 10 uit de doos van Martin die voor de gelegenheid is voorzien van een paar stevige owner 2/0 dreggen en al snel sta ik hier mee te smijten. Dit blijkt deze dag het ei van Columbus want na een paar worpen krijg ik een gigantische beuk op het kunstaas waarna ik de haak zet.
De aanslag wordt nu niet echt beantwoord met een gierende run aangezien ik helemaal niets meer voel. Ik draai met hoge snelheid lijn op de reel als ik Martin hoor roepen ‘Hij zit eraan, hij zit eraan !’ Kijkend op het wateroppervlak zie ik mijn powerpro op hoge snelheid naar de kant komen. Als ik contact heb met de vis die kennelijk toch gehaakt is breekt de hel los. Het is net of ik vastzit aan de trekhaak van een optrekkende ferrari. Met grof geweld worden er tientallen meters lijn van de reel afgetrokken dwars door een toch niet kinderachtig afgestelde slip heen. Het gaat zelfs zo hard dat ik even vrees dat ik gespoeld ga worden.
Er zijn weinig andere opties dan keihard achter de vis aan te gaan rennen. Met een niet al te soepele sprong hop ik over een hekje heen en ren ik achter de vis aan terwijl ik ondertussen contact probeer te houden. De vis is al ruim voorbij een dwarsliggende houten pier, waar ook onze boot aanligt, en de lijn hoekt al om de pier heen. Na nog 2 hekjes te hebben genomen weet ik de lijn los te tikken van de pier en herstel ik het contact met de vis.
Gelukkig zijn Gong en Martin me gevolgd en niet veel later sturen ze de boot naar de kop van de pier waar ik aan boord spring en we de vis eindelijk kunnen volgen. De vis geeft gigantisch partij, zware runs, kopschudden en keer op keer worden er meters lijn van de reel afgetrokken. Gong kondigt al aan dat het een ‘monster’ is maar ik denk maar aan 1 ding en dat is dat ik deze bak niet wil verspelen.
Uiterst geconcentreerd hou ik dan ook druk op de vis en na zeker 40 minuten als we de vis al enkele malen gezien hebben weet Gong de vis met de kieuwgreep aan boord te krijgen. Flink gesloopt overheerst toch de euforie, helemaal naar de andere kant van de wereld vliegen en op dag 2 gewoon een oervis van het zoete water kunnen vangen, wow. Na een fotosessie in het water release ik de vis waarna we weer koers zetten naar de kant. De trip is nu al helemaal geslaagd, nu alleen Martin nog een bak.
Weer bij de uitlaat aangekomen rust ik eerst even uit terwijl Martin al weer als een machine staat te gooien. Lang duurt dat rusten niet want vrij snel sta ik alweer te gooien en het ongelooflijke gebeurt vrijwel direct. Ik krijg weer een beuk en voor ik het weet herhaalt het hele scenario zich. Gelukkig ligt de boot nu strak voor de kant en al snel zitten we weer op het water waar ik weer een ‘monster’ mag drillen. Met spieren die toch nog best wel wat verzuurt zijn en het feit dat er al een vis binnen is durf ik nu wat meer druk te zetten maar dat neemt niet weg dat het toch nog gemakkelijk een half uur duurt voor we de vis weten te landen. Dit exemplaar is zo mogelijk nog groter dan de vorige, dik 1 meter 60 bij meer dan 40 kilo is de schatting van Gong.
Eenmaal weer op de kant geef ik Martin zijn eigen kunstaas terug want het lijkt toch wel het vangende aasje van de dag te zijn. Dat wordt niet veel later bevestigd als ook Martin met een angstig kromme hengel een gigantische yellowcheeck staat te drillen.
Dit exemplaar laat Martin werkelijk alle hoeken van het water zien en na zeker 50 minuten drillen kan ik hem eindelijk in de kieuwgreep nemen. De blijdschap is ook bij Martin groot en we schieten een paar monsterlijke platen van deze vis die ook door de 1 meter 60 gaat bij dik 40 kilo.
Weer op de kant duurt het geen 10 minuten of Martin staat weer met een uiterst kromme hengel en ook nu is het weer een bak. Als we de vis voor de eerste keer zien is meteen duidelijk dat de haak wel heel losjes in de bek hangt. Toch gaat het de hele dril goed en weet ik de vis net in de kieuwgreep te pakken voordat de haak losschiet.
De rest van de middag blijft het op wat missers na rustig bij ons maar de grijns op het gezicht laat zich niet meer wegpoetsen. Wat een dag, wat een geweld en wat een geluk. Vooral dat laatste is duidelijk aangezien het volgens Gong nog nooit is vertoond dat er zoveel vissen op 1 dag zijn gevangen.
De dagen die volgen veranderen de omstandigheden, we hebben een dag met enorm veel regen, het waterpeil van het meer daalt een halve meter en de hoeveelheid vis bij de inlaat is belangrijk minder dan de 2e dag. Ik verspeel nog een vis doordat de haken lossen en we vangen wat kleinere exemplaren tijdens het vissen met topwaters.
Wat wel goed door blijft lopen zijn de mandarin perch, beiden weten we nog een aantal zeer mooie exemplaren te vangen tijdens het werpen met shads. Martin vangt tijdens deze visserij ook nog een prachtige chinese snakehead en we vangen nog een aantal grootkopkarpers en een brasem achtige vis.
Op de laatste dag beginnen we weer met het vissen bij de inlaat aan de noordzijde van het meer. Ik pak al snel weer een mooie mandarin perch terwijl Martin het aan de stok krijgt met een heuse chinese seabass. Deze vis valt ook weer in de buitencategorie met een lengte van boven de meter en hiermee is de derde targetvis voor Martin binnen. In de middag weet ik ook nog zo’n zeebaars te vangen hoewel deze belangrijk kleiner is.
Aan het einde van de laatste visdag spreken we met Gong af om samen een hapje te gaan eten waarna we eindigen in een chinese karaoke bar waar we met een hoop lol de week afsluiten.
De volgende morgen worden we door het blauwe pak en de kok die nog een extra portie doodsverachting heeft aangeboord weer afgezet op Shanghai International Airport waar we de thuisreis weer aanvangen.
Al met al kijken we terug op een topweek waarin we als eerste Europeanen yellow cheeck van dit formaat in het wild hebben weten te verschalken.
Prachtig verslag van een geweldige visvakantie! :-)))
Wow, wat een bakken en wat een mooi verhaal!