Meervallen in Spanje – eind goed al goed (deel 1)
Terugblik op een meerval – trip afgelopen voorjaar in Caspe – Spanje (door Michel Rijnberg).
Afgelopen reisden Arno en ondergetekende af naar Caspe voor een weekje heerlijk vissen onder de Spaanse zon. In tegenstelling tot eerder jaren hadden we besloten dit keer onze eigen boot thuis te laten om zodoende sneller en comfortabeler te kunnen reizen. Hoewel Caspe ook een prima snoekbaarswater is zouden we ons deze week richten op het vangen van een dikke meerval en dus kon mijn Lund wel gemist worden. Dat scheelde bovendien ook nog eens een heel gezeur m.b.t. het regelen van de benodigde papieren.
Net als vorig jaar hebben we ook dit keer weer bij William Coxon (http://ebrolakefishing.eu) een huisje gehuurd, dit keer dus ook met een bootje erbij. De reis via Brussel – Parijs – Bordeaux – San Sebastian – Pamplona verloopt bijzonder voorspoedig en in minder dan 16 uur rijden we het terrein van Bill op. Bill staat al klaar en na het voldoen van de vooraf afgesproken prijs krijgen we onze vergunningen en bootje toegewezen. Het bootje kennen we nog van vorig jaar; een aluminium jonboot met een 20 PK viertaktmotor. Voor de visserij die wij voor ogen hebben deze week is dit een perfecte boot. Het plan is vanaf de kant met zowel pellets, inktvis als met kleine zeeltjes die we uit Nederland hebben meegenomen te vissen op de bodem. De rivier op dit stuk is in het midden (in de oude rivierbedding) ruim 10 meter diep en vorig bleken juist daar de meervallen zich op te houden.
Bij aankomst willen we uiteraard meteen van Bill weten hoe de vangsten zijn op dat moment. Bill kijkt bij mijn vraag niet blij en verteld dat de vangsten van karper op dat moment goed zijn maar de vangst van meerval erg slecht. Mmm, hebben wij weer. Bill wijt dit aan de jo-joënde waterstand en de enorme temperatuursschommelingen van de afgelopen week. Ook was de meerval twee weken daarvoor al aan het paaien geslagen waarna er ineens koud smeltwater vanuit de Pyreneeën was gekomen waardoor de paai abrubt werd afgebroken. Tja, ik ken die verhalen inmiddels… Altijd is er wat en meestal krijgt de paai de schuld. We zouden wel zien.
We besluiten nog snel wat inkopen te doen om vervolgens in ons huisje in de slaapzak te duiken. De volgende ochtend is het prachtig weer. Ook de vooruitzichten voor de komende week zijn uitstekend. We hebben d’er zin an! Op de stek die we voor ogen hebben wordt al gevist dus we besluiten een eindje verderop te gaan zitten. We beazen vier hengels met inktvis en zeeltjes en varen de lijnen tot in het midden van de vaargeul uit. De watertemperatuur is 18 graden dus het verhaal dat het water te koud is klopt niet. Hoewel we een huisje hebben gehuurd hebben we ook onze tentjes, stretchers en overig kampeerspullen meegenomen aan Nederland. Want hoewel het nachtvissen is verboden besluiten we toch om de gok te nemen. Volgens Bill valt het met de controle op dit stuk van de rivier namelijk wel mee en juist ook het nachtvissen en kamperen vinden wij een van de charmes van het vissen (een tik die we aan het karper tijdperk heb overgehouden denk ik). De dag gaat voorbij zonder actie. Doordat we uit de wind zitten is het erg warm. Op zoek naar actie besluiten we ook beide een karperhengel uit te gooien. Ook daar gebeurt echter niet veel mee, op een enkele kleine karper na. Vreemd, vorig jaar werden we deze stek helemaal gek van de runs en moesten we om rustige te kunnen eten en slapen zelfs de hengels er uit draaien! Toch heb ik er als de nacht invalt nog best vertrouwen ook. Ook de grootste vis van vorig jaar (212cm) kwam midden in de nacht op een op de bodem aangeboden zeeltje. In de schemer heb ik nog snel een boeitje uitgezet vlak voor de kant. Hier bevestig ik met een breeklijntje een zeeltje aan. S’ochtends, het is nog donker word ik gewekt door het luide gegil van de pieper van mijn boeienhengel. De breeklijn is gebroken en de hengels is teruggeveerd! Ik sprint uit mijn slaapzak, grijp de hengel, draai de lijn strak en geef een flinke hengst aan de hengel. Hangen! De korte en snellenbewegingen aan de andere kant van de lijn verraden een kleine vis. Wonder boven wonder is Arno ook wakker geworden. Heb je er een? Een dikke grijns verraad het antwoord. Na even stoeien bij de kant tillt Arno de vis aan boord. 1-0 voor de grote mensen… De vis wordt snel onthaakt en even later zwemt de vis (ongeveer 1,20 meter lang) weer de diepte in. Het begint al licht te worden en de bodemhengels hebben zich de hele nacht stil gehouden. Geen goed teken…
Als het licht wordt en we hebben gegeten en gedoucht (toch wel relaxed, zo’n huisje vlakbij) is er nog steeds niets gebeurd. We besluiten met de boot en de dieptemeter een aantal stekken verderop te verkennen. Een daarvan ziet er interessant uit. Vanaf deze stek kunnen we zowel de ingang van een baai als de vaargeul (oude rivierbedding) bereiken en kunnen we onze kansen dus goed spreiden. Voordeel is bovendien dat de stek maar heel moeilijk vanaf de kant te bereiken is. Ideaal als je zoals wij gesteld bent op rust. We pakken de boel in en verkassen.
Lees volgende week deel 2