Brits Guyana #4
dag 6 maandag
We willen nog 1 keer down-stream naar het grote Lau gat. Halverwege stoppen we bij een stroomversnelling omdat Steve pacu’s ziet. Met de spinnertjes die we van onze Oostenrijkse vrienden gekregen hebben toen zij naar huis gingen, weet HJ al snel een grote Pacu te foppen – de grootste piranha soort is een vegetarier en ziet het langzaam geviste spinner blad aan voor een zaadje – zo is de theorie –
Steve vangt er nog een mooie bicuda bij – dan besluiten we dat we genoeg aas hebben – gas erop en naar het grote gat. Omdat er een redelijke bries staat besluiten we te gaan ankeren met een dikke steen – alle stukken touw die we hebben kunnen vinden gaan aan elkaar gebonden worden – het is hier meer dan 25 meter diep !
We wachten behoorlijk lang op de eerste aanbeet, maar dan komt er toch een run door – HJ slaat aan op een middelgrote vis, wat een mooie leopard catfish blijkt te zijn
De hengels gaan er weer in, maar er gebeurd een uur helemaal niks – ook het vissen met de aruku shads dat hier vaak goed werkt levert niets op. We geven het nog 15 minuten, en net nadat Roel zegt nog twee minuten dan, gaat de linker hengel lopen. Aanslaan – raak waarna de tweede Blinka van de vakantie boven komt
We zoeken de schaduw bij een standje op voor onze shore lunch. De schaduw blijkt van een grote wilde cashew boom te zijn. In het water onder de boom ziet Steve een schooltje “koeties” een vis die wel wat weg heeft van een winde en die het gemunt hebben op het rode appeltje, onderaan de cashew noot, wanneer ze uit de boom vallen. We rapen wat van deze vruchtjes op, monteren deze freeline aan een 2/0 haak en werpen dat in de richting van de pool waar Steve de vissen gespot had – wat een fun, al snel hebben we een stuk of 5 van deze vissen gescoord als aas vis – prachtige sport op licht materiaal en voor beiden alweer een nieuwe soort
Terwijl we op koeties vissen horen we een geritsel in de bosrand, het blijkt een green leafslang te zijn die net een hagedis gevangen heeft. Nu we een goede camera bij ons hebben kunnen we er mooie foto’s van maken.
Na de lunch en met 5 koeties als nieuwe aasvis gaan we weer stroom opwaarts, waar we tevergeefs ons geluk proberen in twee niet al te diepe holes. We pakken op en varen richting kamp, naar een diepe hole ongeveer 800 meter stroomafwaarts van het kamp, waar onze Oostenrijkse vrienden eerder in de week succesvol waren. Na een minuut of 20 komt er een duidelijke aanbeet, waarop HJ raak slaat – een mooie Blinka – HJ houdt de vis naast de boot terwijl we richting een standje varen voor een foto – helaas wordt door een iets verslapte grip op de onderkaak de volgorde foto – release omgedraaid – geen foto dus.
We schuiven door naar het strand van het kamp en vissen in de diepe hole daar. Wij hebben de indruk dat de vis extra actief is bij zonsondergang. In dat magische uurtje hebben we plenty activiteit – 2 runs, waarvan 1 mis geslagen wordt en 1 tijdens de dril losschiet en 1 enorme bloedrun, zoals alleen de Lau die maken kan – bij de aanslag slaat Roel het aas uit de bek van de vis. Volgens Steve zijn er genoeg signalen dat de vissen die al eens gehaakt geweest zijn, voorzichtiger het aas aanpakken, er eerst mee zwemmen en pas later het geheel nar binnen werken. Zo heel raar is dat nu ook weer niet, aangezien de grote vissen aan het eind van de droge tijd opgesloten zitten in een stuk rivier tussen twee watervallen waar ze niet meer overheen kunnen.
Dag 7 dinsdag – de laatste visdag
De grote Lau is er deze week nog niet uitgekomen. We besluiten tot een alles of niets poging in de twee diepe holes upstream die de grote redtails opleverden en dan vroeg in de middag terug in kamp te komen om het diepe gat daar te bevissen en relaxed the spullen in te pakken.
Het aas wordt dus niet stukjes filet, maar we gaan een dozijn piranha’s vangen zodat we een dozijn bloederige koppen hebben. Onderweg naar de eerste stek zien we een grote school Pacu’s, ze huppelen door het snelle water als minidolfijntjes. De spinners die we eerder deze week kregen doen prima hun werk – we kunnen er een aantal vangen, een heerlijk verslavend spelletje, het is toch een hoge vis van een pond of 8-10 die in snel water vecht.
Iets verder komen we op een plek aan waar volgens Steve veel grote piranha’s zitten. We chummen de stroom met de ingewanden van een pacu, wachten 5 minuten en dan zit er een enorme school piranha recht onder onze voeten. Een stukje vis gefree-lined op een 2/0 haak levert binnen 5 seconden een aanbeet op. We hebben het dozijn dat ook binnen de kortste keren te pakken, maar vissen nog een beetje verder catch and release omdat ook dit weer zo’n leuk spelletje is.
Daarnaast hebben we nog even een spannend momentje als een wolk met killer bees besluit langs te vliegen. Op aanraden van Steve duiken we naar de bodem van de boot en houden we ons flink gedeisd om deze vriendjes niet over de zeik te helpen. Het vooruitzicht om het water in te moeten duiken op de vlucht voor killer bees terwijl we daar net piranha’s hebben staan voeren vinden we beiden niet bijzonder aanlokkelijk.
Over de twee holes waar we eerder deze week nog zo’n succes hadden kunnen we kort zijn – op elk hole slaan we 1 aanbeet mis. We gaan rond 2 uur weer naar het kamp. Daar varen we 1 haak met een pireng kop en 1 met een lekker stuk filet uit. Nog voor de hengel op de piepers gelegd kunnen worden, wordt de lijn al van de molen gerost – aanslaan hangen ! Het is een vis die van het stand gedrild kan worden – een leuke roodstaart is voor Roel de laatste vis van de trip..
Nadat de hengels erin liggen gaan we lekker in het water zitten naast de hengels met een biertje in de hand – het is nog bloedheet. En terwijl we daar zitten te kletsen komt in 1 keer een hengel langs vliegen (oeps niet op de baitrunner gezet) – HJ spring met een grote snelle snoekduik op de hengel – heeft de hengel nog net te pakken, maar de vis (vast een Lau) heeft het aas al los gelaten. Deze Lau kent het klappen van de zweep. De rest van het vissen levert een hoop getrut-met-het-aas-piepjes op, maar geen vis meer.
Bij het avond maal komt 1 van de Japanners met een sidderaal op de proppen van ongeveer 1,40 meter lengte. Hij heeft, begrepen wij een paar flinke opdoffers gehad bij het binnen vissen. Maar Japanners zouden geen Japanners zijn als ook deze vis niet in de pot zou gaan. Na het avond maal gaat hij als toetje in de frituur – HJ kan een aangeboden stuk niet afslaan, en geeft sindsdien licht in het donker.
Terugreis.
We zijn de ochtend van het vertrek vroeg wakker en gaan nog een half uurtje in de vroege ochtendstond de zon op zien komen, man wat zit hier een vis – er wordt gejaagd en gesprongen dat het een lieve lust is, met als klap op de vuurpijl een Lau die uit het water springt – mooi afscheid.
En dan nog even,… wij zijn deze week een kilo of drie a vier afgevallen – ja we hebben meer bewogen dan met ons normale kantoor leven, maar man man man wat was het eten beroerd – 7 dagen lang ontbeten met roerei met gesnipperde knakworst en 7 dagen zwaar overkookte rijst met gefrituurde blokjes pacu met bruine saus, die smaakt als opgeloste maggi-blokjes en geen groente. Wat verlangen wij naar wat anders te eten. Zoals Ayra in Game of Thrones sommen we tijdens het eten een lijst van zaken waar we zin aan hebben: vlees zonder botten, sla, groenten, fricandel speciaal etc etc.
Na een bootreis van 2 uur zijn we bij het dorp aan de Iwokrama airstrip, drinken nog wat terwijl we op het vliegtuig wachten. De 10 zitter brengt 6 nieuwe vissers, de bagage en proviand gaan uit de bagage bakken onder het vliegtuig en onze spullen gaan erin, terwijl wij nog een farewell picture nemen met onze Japanse vrienden
Na een uur zijn we weer terug in de bewoonde wereld van Georgetown, bellen met het thuisfront, waar gelukkig alles na 8 dagen nog steeds OK is, doen ons te goed aan hamburgers, bier en gin-tonic. De andere ochtend gaan we vroeg naar Ogle airport voor onze vlucht naar Paramaribo, bezoeken onze vrienden van de Tomahawk outdoor shop en vinden eindelijk Fort Zeelandia open, na een aantal keren voor een dichte deur gestaan te hebben. Het was een zeer indrukwekkende plek – 400 jaar historie, een redelijk klein fort bebouwd van waaltjes die als scheepsballast meegenomen waren met de schepen, bastion namen als Middelburg, Veere en Goes zo midden in de tropen werkt vervreemdend. Indrukwekkend zijn ook de tentoonstellingen over de, lang niet altijd fraaie geschiedenis van het land en bovenal om op bastion Veere te staan, waar de december moorden plaats vonden – zeer indrukwekkende plek.
We sluiten Paramaribo af met een lunch bij het Vat met een laatste feestelijke Djogo, laten ons afzetten op Zanderij, doen ons te goed aan de Gin-Sprite, bij gemis aan Tonic en laten ons de upgrade naar het bovendek van de 747 welgevallen en slapen als roosjes tot vlak voor de landing. Fijn om weer thuis te zijn, ahum,….. de omschakeling van tropenzon naar natte sneeuw valt ons rauw op het dak.
Nawoord
Doorgaans schrijven we uitgebreid over techniek en materiaal, dat laten we nu achterwege. Bij vragen: neem gerust contact met ons op Facebook of info@dutchanglers.nl.
De vistrip vroeg in het jaar naar een tropische bestemming noemen wij ons shot Vitamin F (ishing). Guyana is een prachtige ongerepte oerwoud bestemming om naar toe te gaan om te vissen. Even 8 dagen geen telefoon, e-mail of ander elektronisch ongerief voelt als een de-tox behandeling. Wij hebben heerlijk gevist, veel nieuwe soorten gevangen, de grote Lau’s waren de hoofd afwezigen, maar super genoten.
Wij kunnen alleen maar zeggen – droom van een mooie vis bestemming groot of klein & maak hem waar en wanneer je kunt ! Iedereen veel visplezier,
Groeten Hendrik-Jan Verheij en Roel Orsel
Weer mooi om te lezen HJ en Roel! Is echt een mooie bestemming.
Heerlijk verslag mannen. Bedankt!